Aanbevelen:

Knowledge Base

Naar de Knowledge Base

Regelmatige onderbrekingen van de powerlineverbinding

De powerlineverbinding tussen twee of meer FRITZ!Powerline-apparaten wordt regelmatig verbroken en de Powerline-led gaat uit.

Voer de hier beschreven stappen achterelkaar uit. Controleer na elke stap of het probleem is opgelost.

1 Overdracht optimaliseren

De volgende stap is alleen noodzakelijk als het FRITZ!Powerline-apparaat op grote afstand van de FRITZ!Box wordt gebruikt:

  1. Klik in de gebruikersinterface van FRITZ!Powerline op "Powerline".
  2. Schakel bij "Optimizing the connection" de optie "Optimize transmission" in.
  3. Klik op "OK" om de instellingen op te slaan.

2 Meest recente FRITZ!OS van het FRITZ!Powerline-apparaat installeren

  1. Installeer op het FRITZ!Powerline-apparaat het meest recente FRITZ!OS.

3 FRITZ!Powerline-apparaat opnieuw opstarten

  1. Koppel het FRITZ!Powerline-apparaat los van het elektriciteitsnet.
  2. Sluit het FRITZ!Powerline-apparaat na ca. 1 minuut opnieuw aan op het elektriciteitsnet.

    Opmerking:De instellingen van het FRITZ!Powerline-apparaat worden bij het opnieuw opstarten niet gewist.

4 FRITZ!Powerline-apparaten in stekkerdoos testen

Controleer of de powerlineverbinding ook wordt verbroken als de FRITZ!Powerline-apparaten worden gebruikt in een stekkerdoos:

  1. Steek twee FRITZ!Powerline-apparaten waartussen de verbinding steeds wordt verbroken, samen in een stekkerdoos.
  2. Koppel alle andere apparaten los van de stekkerdoos.
  3. Koppel, indien beschikbaar, alle andere powerlineapparaten in je thuisnetwerk los van de stekkerdozen.
  4. Verbind één van beide FRITZ!Powerline-apparaten met een netwerkkabel met je router (bijvoorbeeld FRITZ!Box).
  5. Als de powerlineverbinding in de stekkerdoos niet wordt onderbroken, dan werd de fout voorheen veroorzaakt door interferentiefactoren in het stroomnet.

5 Interferentiefactoren in het elektriciteitsnet minimaliseren

Als de powerlineverbinding wordt beïnvloed door interferentiefactoren, houd dan rekening met de volgende aanwijzingen om interferentiefactoren tot een minimum te beperken:

  1. Gebruik FRITZ!Powerline-apparaten rechtstreeks in een wandstopcontact en niet met andere apparaten in een stekkerdoos, met een verlengsnoer of achter een overspanningsbeveiliging.
  2. Schakel andere apparaten bij wijze van test uit of koppel deze tijdelijk los van de stroomvoorziening om mogelijke interferentiebronnen op te sporen en vervolgens te minimaliseren.

    Mogelijke interferentiebronnen zijn bijvoorbeeld schakelende voedingen, dimmers, halogeensystemen, energiespaarlampen, lopende elektromotoren (bijvoorbeeld van de koelkast, keukenmachine, wasdroger, wasmachine, stofzuiger of boormachine).

  3. Test verschillende wandstopcontacten en verklein de afstand tussen de FRITZ!Powerline-apparaten.
  4. Vermijd powerlineverbindingen via verschillende stroomgroepen, zekeringskasten en aardlekschakelaars.
  5. VDSL-signalen kunnen interferentie veroorzaken op elektriciteitsleidingen. Houd er rekening mee dat kabels met een VDSL-signaal ten minste op 10 cm. afstand van elektriciteitsleidingen en stopcontacten worden gelegd.