Aanbevelen:

Knowledge Base

Naar de Knowledge Base
Knowledge Base-artikel #3767

Geofencing met FRITZ!App Smart Home gebruiken

Met geofencing kun je je smarthomeapparaten d.m.v. hun locatie laten schakelen. Hiervoor heb je alleen maar een smartphone met FRITZ!App Smart Home nodig. In de app geef je geografische zones aan die bepaalde templates, scenario’s of routines toepassen als je de zones betreedt of verlaat.

Je verwarming gaat bijvoorbeeld aan als je een zone betreedt zodat het lekker warm is als je thuiskomt en het Wi-Fi-netwerk wordt ook alvast ingeschakeld. Of als je van huis weggaat worden alle smarthomeapparaten automatisch uitgeschakeld om energie te besparen.

Voorwaarden/beperkingen

  • Op de smartphone of tablet moet iOS 17.0 of nieuwer of Android 9 of nieuwer zijn geïnstalleerd.
  • In de instellingen van de smartphone of de tablet moet voor FRITZ!App Smart Home de toegang tot je locatie altijd zijn toegestaan.

1 FRITZ!App Smart Home installeren

  1. Installeer FRITZ!App Smart Home.

2 Geofencing met FRITZ!App Smart Home configureren

FRITZ!App Smart Home: scène aanmaken
  1. Start FRITZ!App Smart Home.
  2. Tik rechtsboven op het menupictogram en vervolgens op "Geofencing".
  3. Tik op "Nieuwe scène aanmaken".
  4. Voer een naam in voor de nieuwe scène, bijvoorbeeld "Thuis".
  5. Selecteer de zone waarin de scène moet worden geactiveerd. Verschuif daarvoor de kaart met je vinger tot de speld in het midden van de blauwe zone zich op de beoogde locatie bevindt. Geef vervolgens met de plus- en minknoppen onder de kaart de grootte van van de zone aan.
  6. Selecteer de trigger voor de scène, bijvoorbeeld "Bij het binnengaan van de zone".
  7. Tik op "Volgende".
  8. Selecteer de template, het scenario of de routine die bij het betreden of verlaten van de zonde moet worden toegepast of geactiveerd.
  9. Tik op "Volgende" en vervolgens op "Klaar".

Nu wordt de template, het scenario of de routine automatisch toegepast zodra je met je smartphone de beoogde zone betreedt of verlaat.

Taalkeuze